‘Jullie zijn allen broeders’! Met die boodschap bracht paus Franciscus van 5 tot 8 maart een historisch bezoek aan Irak. De reis stond in het teken van verzoening.
De impact van het bezoek is groot. Over heel de wereld deden de nieuwszenders er uitgebreid verslag van. Internationale en nationale dialooggremia agendeerden de bijzondere reis en vinden er perspectief en elan door.
De paus ging naar Irak om de christenen daar een hart onder de riem te steken. Hij had het hen beloofd toen ze in 2014 moesten vluchten voor de terreur van IS.
Ook en vooral wilde de paus met zijn bezoek de ontmoeting tussen verschillende gemeenschapen bevorderen, met name tussen christenen en moslims. Hij liet voordat hij in Rome het vliegtuig instapte weten als ‘pelgrim van vrede’ naar Irak te reizen en noemde moslims ‘broeders en zusters’.
Daarnaast stond het bezoek in het verlengde van het plan van Sint Johannes Paulus II om in het Jubeljaar 2000 Irak te bezoeken als geboorteplaats van Abraham, de aartsvader van de drie monotheïstische godsdiensten.
De oproep van paus Franciscus tot ontmoeting en samenwerking tussen de godsdiensten klinkt door in de hele regio en zelfs wereldwijd. Waar kon de paus die oproep krachtiger doen dan vanuit de geboorteplaats van hun gezamenlijke aartsvader, in Ur waar de Eufraat en de Tigris samenvloeien! “Almachtige God, onze Schepper, die de menselijke familie en alles wat uw handen hebben voltooid liefheeft, wij, zonen en dochters van Abraham die behoren tot het jodendom, het christendom en de islam, samen met andere gelovigen en alle mensen van goede wil, wij danken u dat u ons als een gemeenschappelijke vader in het geloof Abraham hebt gegeven”, bad men in het Arabisch tijdens de multireligieuze bijeenkomst in Ur. (Foto boven).
Groot ayatollah Ali al-Sistani
De ontmoeting in Najaf met groot ayatollah Ali al-Sistani, de belangrijkste leider van de sjiitische moslims in Irak, was historisch (foto links). Voor de eerste maal in de geschiedenis ontmoette een paus een zo hoge sjiitische leider. Toen de paus arriveerde vlogen er witte duiven over. De ayatollah ontving zijn gast staande als teken van groot respect. Normaal ontvangt hij zijn gasten zittend. De paus voerde het gesprek op kousenvoeten. Al deze symboliek maakte het gesprek zoveel meer dan een beleefdheidsbezoek. De ontmoeting is van groot belang voor het opbouwen van relaties en werkt door in veel landen waar moslims en christenen samen wonen. Paus Franciscus bedankte Ali al-Sistani omdat hij de verdediging opneemt van christenen, de meest vervolgde groep in Irak. De paus en de grootayatollah benadrukten het belang van samenwerking en vriendschap tussen religieuze gemeenschappen. Daarmee bevorderen de twee leiders ‘wederzijds respect en dialoog in Irak, in de regio en voor de mensheid’, aldus de persverklaring na afloop.
De paus bad voor de slachtoffers van de oorlogen in Mosul. Ook bracht hij een bezoek aan de stad Qaraqosh. Daar woonden tot voor 2014 nog bijna 50.000 christenen. De IS-strijders joegen hen op de vlucht en staken kerken in brand. Trots kondigden zij destijds het einde van het christendom in Irak aan. De dramatische geschiedenis van de christenen in Irak staat symbool voor christenen in het Midden-Oosten. Ook bracht de paus het lijden van de Yezidische gemeenschap onder de aandacht: “We denken aan de dood van de vele mannen en duizenden vrouwen, meisjes, kinderen die werden ontvoerd, verkocht als slaven en onderworpen werden aan lichamelijk geweld en verkrachting”.
Paus Franciscus riep tijdens zijn verblijf in Irak op om niet alleen de verwoeste gebouwen te laten herrijzen maar eerst en vooral de banden te herstellen die gemeenschappen, families, moslims en christenen verenigen. “Oorlog, terrorisme en haat hebben diepe wonden achtergelaten in onze harten, maar vergeving is noodzakelijk omwille van de liefde en om christenen te blijven”, benadrukte de paus.
Tekst: Drs. Berry van Oers, Beleidsadviseur R.-K. Kerk voor Interreligieuze Dialoog
Foto’s: Holy See Press Office.